Gelijk(waardig)heid

 


Een van de waarden die ik heb gekozen is ‘gelijkwaardigheid.’ Er is een verschil tussen ‘gelijkheid’ en ‘gelijkwaardigheid.’ Ik heb bovenstaand beeld als omschrijving genomen voor deze twee begrippen. Gelijkheid houdt in dat iedereen hetzelfde krijgt, bijvoorbeeld dezelfde kansen. Dit werkt alleen als je allemaal eenzelfde startpunt hebt. Vaak begint men niet op een gelijk vlak, hier komt gelijkwaardigheid in het spel. Hier maakt het niet uit waar je begint; iedereen moet recht hebben op dezelfde mogelijkheden. Dit laatste is natuurlijk veel eerlijker; er kan geen gelijkheid zijn zonder gelijkwaardigheid.

Mijn beste vriendin heeft heel wat meegemaakt in haar leven. Vijf jaar geleden vluchtte zij vanaf Irak naar ons land. Met toestemming mag ik haar verhaal hier noemen. Ik heb zelf gelukkig geen ervaringen met deze gekozen waarde. Ik sta heel erg achter gelijk(waardig)heid en haar verhaal is een van de redenen dat ik mij hier zo fel voor inzet. Haar hele familie is katholiek en ze werden bedreigd in de stad waar ze woonden. Op een gegeven moment konden zij niet meer naar school, vrienden werden ontvoerd, haar favoriete ijssalon werd opgeblazen en ze maakte een autobom van dichtbij mee. Ze werd gediscrimineerd, puur op basis van een geloofsovertuiging. In haar land werd op dat moment niet het gelijkheidsprincipe gehandhaafd. Hierdoor moesten zij alles achterlaten en vluchten naar ons veilige Nederland. Zelfs hier stuit ze nog vaak op het feit dat mensen haar ‘’anders’’ vinden: ze spreekt Arabisch en ziet er anders uit dan de Nederlandse vrouwen. Soms wordt er naar op haar of haar familie gereageerd. Ik vind dat ieder mens gelijk is, ongeacht ras, kleur of sekse. Ik vind het heel verdrietig dat zij in ons land nog vaak op dit soort nare lui stuit, die haar niet gelijk vinden aan ons Nederlanders. Voor mij is zij een Nederlander met een van de puurste harten. Ze is ook Irakees en dat kan niemand, geen enkele oorlog, van haar afpakken. Ze is trots op allebei haar nationaliteiten.

Door haar verhalen en situatie aan te horen heeft deze waarde in mijn leven ook een belangrijke rol. Zij staat zo dicht bij mij, dat ik de waarde in mijn eigen levensbeschouwing heb opgenomen. Ik was er altijd al van overtuigd, maar door haar ervaringen sta ik volkomen achter gelijk(waardig)heid.

Er zijn veel vragen die naar voren komen bij dit soort verhalen en ik heb de twee belangrijkste uitgekozen:

  • Word het gelijkheidsbeginsel goed nageleefd binnen de maatschappij?
  • Zijn alle mensen eigenlijk wel gelijk?

In de ervaring van mijn vriendin is te lezen dat het gelijkheidsbeginsel zeker niet altijd goed wordt nageleefd binnen de maatschappij. Voor het gemak spreek ik nu over de Nederlandse maatschappij, want het mag duidelijk zijn dat er over gelijkheid in Irak niet veel goeds te vermelden valt. In de Nederlandse wet is vastgelegd dat er niet gediscrimineerd mag worden vanwege een godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook. Het beginsel houdt in dat iedere burger dezelfde rechten heeft en recht heeft op een gelijke behandeling. Voor de wet is dit zeker waar. Helaas wordt deze wet niet altijd opgevolgd door de bevolking en is er nog altijd veel sprake van ongelijkheid. Buiten discriminatie om krijgt lang niet iedereen dezelfde kansen. Mijn vriendin kreeg eens te horen bij de sollicitatie op een bijbaantje: ‘’Oh, ik dacht dat je misschien geen Nederlands kon.’’
Ze hadden haar eigenlijk niet eens willen uitnodigen voor een gesprek. Je krijgt dus zeker niet altijd gelijke kansen. Het mag duidelijk zijn dat ze dit bijbaantje niet eens meer wilde.

In mijn ogen zijn mensen zeker wel gelijk. Iedereen heeft zijn of haar eigen kwaliteiten en elke baby begint op dezelfde wijze met zijn of haar leven. Echter heeft de ene baby altijd meer kansen dan de ander, denk aan hoogopgeleide ouders of veel rijkdom. De een zal harder moeten vechten voor eenzelfde resultaat. In principe is iedereen dus, in mijn opinie, gelijk, maar is het startpunt niet altijd hetzelfde. Er moet eerst sprake zijn van gelijkwaardigheid, voordat er sprake kan zijn van gelijkheid.

Deze levensvragen kunnen gekoppeld worden aan het domein ‘de maatschappij.’ Het gelijkheidsbeginsel en daarmee de wet, wordt mede bepaald door de wensen van het volk.  Het naleven van een principe valt in handen van de maatschappij en alle mensen die daar deel van uitmaken. Op deze manier zou het ook passen bij ‘de andere mensen’, maar in combinatie met de tweede vraag heeft het meer te maken met de maatschappij. De mensen in een maatschappij moeten het naleven. De vraag of iedereen gelijk is, is een lastige. In principe is eenieder voor de wet gelijk. De kwestie of iedereen als gelijk beschouwd wordt hangt af van de visie die binnen een maatschappij heerst. Kijk je naar de algemeen geaccepteerde visie binnen Nazi-Duitsland, is niet iedereen gelijk. Werp je een blik op de communistische visie van de oude Sovjet-Unie, hoort iedereen gelijk te zijn in de maatschappij. Hoe dit uitpakte in de geschiedenis wil ik verder niet op ingaan (eigenlijk wel, maar dan wordt dit stuk heel lang!) maar de visie of iedereen gelijk is hangt dus af van de maatschappij en daarmee de mensen die er deel van uitmaken.

Het verhaal van mijn vriendin hoort bij het aspect ‘opvattingen.’ Wederom ga ik het hebben over de visie die mensen hebben. Er zijn veel filosofische opvattingen, een daarvan is de opvatting dat alle mensen gelijk zijn. (De Schepper, 2007)

Zo zijn er ook mensen die menen dat de ene persoon meer waard is dan de ander. Deze laatste opvatting, die helaas toch veel mensen ook binnen ons eigen land delen, zorgt voor veel discriminatie. Het verspreiden van dit soort opvattingen kan ook heel goed zorgen voor polarisatie: de tegenstellingen, tussen bijvoorbeeld Nederlanders en asielzoekers, kunnen worden verscherpt en het wederzijdse wantrouwen kan groeien. Vaak is dit ook precies het doel van mensen met zo’n opvatting: ervoor zorgen dat er meer afstand tussen de groepen komt en het overtuigen van zijn of haar gelijk. Hoe dan ook, valt de ervaring onder het aspect ‘opvattingen.’ Ze maakte deel uit van een ongewenste minderheid in Irak en loopt ook in Nederland tegen negatieve opvattingen aan.

Het beeld wat ik bij deze waarde vond passen is een reclamefilmpje. Het is de kerst reclame van een supermarkt uit het Verenigd Koninkrijk, Sainsbury’s genaamd. Het gaat over een gebeurtenis in de Eerste Wereldoorlog. Op kerstavond kwamen beide partijen uit de oorlog uit hun loopgraven om samen kerstmis te vieren. Ze beseften hoe idioot zo’n hele oorlog eigenlijk was. De hele avond hebben ze samen gevoetbald, spellen gespeeld en verhalen uitgewisseld. Het vreemdste was dat ze de volgende ochtend de kanonnen konden horen. Ineens beseften ze dat ze het gezellig hadden gehad met de zogenaamde vijand. Vanaf dat moment moest de oorlog gewoon doorgaan en de generaals hadden weinig geduld voor deze nieuwgevonden vriendschappen. De rest van de dag werden ze geacht elkaar weer overhoop te schieten. Die avond hadden ze beseft hoe gelijk ze waren aan elkaar; iedereen had een vriendin thuis, hield van gezelligheid en was aanwezig om dezelfde reden.

Twee gelijke partijen stonden tot aan 1918 tegenover elkaar. Jongens met een soortgelijke achtergrond, baan en hoop voor het leven. De mensheid vecht tegen elkaar, terwijl wij allemaal in principe gelijk aan elkaar zijn. Die avond in 1914 kwamen de Duitsers en Engelsen bij elkaar, om samen hetzelfde feest te vieren. Ze waren gelijkwaardig, en gelijk aan elkaar.

Dit is natuurlijk heel makkelijk om zo uit te typen, maar als je het filmpje bekijkt snap je waar ik het precies over heb. Deze reclame was niet voor niets een enorm succes; het sprak het gevoel van de mensen heel sterk aan. De Schepper (2007) noemt dit een krachtig gevolg dat beelden tot gevolg kunnen hebben. In de reclame worden de soldaten ineens meer werkelijkheid en zodra ze namen krijgen, wordt de reclame persoonlijker. Mensen kunnen zich dan meer inleven in de situatie. Een filmpje kan hierdoor tot gevolg hebben dat mensen meer bewust gaan nadenken. Ze gingen naar aanleiding van deze reclame misschien wel meer nadenken over de absurditeit van oorlog en de gelijkheid van ieder mens.

De chocolade die wordt geschonken aan Otto was tevens te koop in 2014. Door het kopen van deze chocolade steunde je het Britse leger en hun families.

Mijn kleuters zijn nog niet bewust bezig met het begrip gelijk(waardig)heid. Ze vinden wel dat iedereen hetzelfde behandeld moet worden en dezelfde kansen moet krijgen. Ze zijn bijvoorbeeld heel verongelijkt als een ander kind eerder naar het toilet mag. Ik heb de lampionnen voor Sint-Maarten gemaakt met groep 1. Groep 2 vond het daarentegen niet eerlijk dat zij een moeilijkere lampion moesten maken. Mijn mentor heeft toen uitgelegd dat er een niveauverschil bestaat tussen de twee groepen en dat zij een veel moeilijkere opdracht aankunnen. Dit begrepen ze wel. Ze zijn er dus niet bewust mee bezig, maar onbewust krijgen ze het wel mee. In de opvoeding en de regels van school krijgen ze met de waarde te maken. Ze leren van huis uit dat je niet mag pesten, want iedereen is gelijk